Sjabbatkaarsen

Brandende sjabbatkaarsen

Het aansteken van de sjabbatkaarsen of sjabbeskaarsen (Hebreeuws:נרות שבת) is een rabbinaal voorschrift.[1] Het aansteken van de kaarsen wordt in het Hebreeuws Hadlakat Neerot genoemd (הדלקת נרות), in het Nederlands-Jiddisch wordt ook wel gesproken over het ontzinden.[2][3]

Op vrijdagavond, erew sjabbat (de vooravond van sjabbat) worden naar eeuwenoud voorschrift in het jodendom, de kaarsen tot achttien minuten voor zonsondergang (sjekie'a) aangestoken.[4][5] Het is gebruikelijk dat de vrouw des huizes namens het gezin de kaarsen aansteekt.[6]

  1. Zie de Sjoelchan Aroech, Orach Chajiem 263:2
  2. Dit werkwoord is een combinatie van het Duitse "anzinden" en het Nederlandse "ontsteken", zie H. Beem, Resten van een Taal, NIK Contact, Amsterdam, 1992, p. 89.
  3. Buiten Nederland wordt in het Jiddisch ook wel gesproken over licht tsinden.
  4. De kaarsen kunnen echter al vanaf plaĝ hamincha worden aangestoken, dit is één à twee uur voor de sjekie'a. De kaarsen mogen nooit later dan de sjekie'a worden aangestoken, ook als er geen kaarsen zijn aangestoken: het is dan al sjabbes en vuur maken op sjabbes is verboden.
  5. De exacte tijd verschilt per sjabbat, afhankelijk van de lengte van de dag. De tijden in Nederland zijn te vinden op www.nihs.nl
  6. Indien de vrouw des huizes niet thuis is, dan neemt de man deze taak over. Indien alleen de kinderen thuis zijn (zonder hun ouders) dan steekt bij voorkeur de oudste dochter de kaarsen aan, op voorwaarde dat zij bat mitswa (twaalf jaar of ouder) is. Is zij dat niet, dan steekt de oudste broer de kaarsen aan.

From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by Tubidy