Albert Andries de Jong, (Amsterdam, 29 april 1891 - Heemstede, 27 juli 1970), was een Nederlandse propagandist, schrijver, anti-militarist, onderwijzer en anarchist.
Als jongste van tien kinderen, van wie er slechts vier volwassen werden, groeide De Jong op in een arbeidersgezin. Zijn vader, Gerhardus de Jong, was vuilnisman, bakker en nachtwaker.[1] Zijn moeder, Akke van der Eems, was een volgeling van de Nederlandse anarchist Ferdinand Domela Nieuwenhuis.[2]
Van 1905 tot 1909 studeerde De Jong aan de Rijkskweekschool in Haarlem en was actief in de Kweekelingen Geheelonthoudersbond (KGOB). Na zijn opleiding werkte hij als onderwijzer aan onder andere de Humanitaire School van Jacob van Rees in Blaricum. In 1916 werd hij in Amsterdam ontslagen als onderwijzer, omdat hij ongehuwd met een vrouw samenwoonde. Na zijn vrijlating werkte hij als stenograaf. Albert Andries de Jong leefde tweemaal in een vrij huwelijk. Met zijn eerste vrouw met Alida van der Velde kreeg hij een dochter. Zijn tweede vrouw was Elizabeth Cohen, anarchist als hijzelf en joods. Ze moest onderduiken tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zij kregen twee zonen.