Dit artikel is een deel van de serie over: de dialogen van Plato |
Vroege periode: |
Apologie van Socrates · Charmides |
Protagoras · Euthyphro |
Ion · Crito · Alcibiades I |
Hippias Major · Hippias Minor |
Laches · Lysis · Euthydemus |
Middenperiode: |
Cratylus · Gorgias |
Menexenus · Meno |
Phaedo · Symposium |
Staat · Phaedrus |
Late periode: |
Parmenides · Theaetetus |
Timaeus · Critias |
Sofist · Staatsman |
Philebus · Wetten |
Betwiste geschriften: |
Clitophon · Epinomis |
Brieven · Hipparchus |
Minos · Theages |
Alcibiades II · Minnaars |
Niet geschreven: |
Hermocrates · Ongeschreven leer |
De dialoog Alcibiades I, of De grote Alcibiades, is een dialoog waarvan Plato's auteurschap betwist wordt. Onder de Neoplatonisten genoot dit werk een grote reputatie, en werd het gezien als een introductie tot Plato's werk. Onder andere op grond hiervan zijn velen, sinds Friedrich Schleiermacher,[1] gaan twijfelen aan de echtheid van dit werk. Sindsdien zijn er wellicht evenveel verdedigers[2] als bestrijders[3] van de echtheid van de Alcibiades I geweest.