De allantois is een van de vier vruchtvliezen, extra-embryonale membranen (zie ook amnion, chorion en dooierzak), dat op of vanaf de 16e dag na de bevruchting gevormd wordt door het embryo in de baarmoeder. Deze extra-embryonale membranen hebben Amniota geholpen bij de overgang van aquatische naar terrestrische omgevingen. Vissen en amfibieën zijn ook amnioten, maar missen de allantois. Bij zoogdieren staan de extra-embryonale membranen bekend als de foetale membranen.
Het is een uitstulping van de einddarm aan de ventrale zijde bij embryo's van zoogdieren, vogels en reptielen en doet tijdens de dracht/zwangerschap dienst als opvangreservoir van foetale urine maar zal later samen met het chorion het allantochorion vormen dat de gasuitwisseling verzekert.