Bell X-22 | ||||
---|---|---|---|---|
Algemeen | ||||
Rol | experimenteel vliegtuig | |||
Bemanning | 2 | |||
Status | ||||
Aantal gebouwd | 2 | |||
Afmetingen | ||||
Lengte | 12,07 m | |||
Hoogte | 6,31 m | |||
Spanwijdte | voor 11,96 / achter 7,01 m | |||
Gewicht | ||||
Leeggewicht | 4.763 kg | |||
Max. gewicht | 8.020 kg | |||
Krachtbron | ||||
Motor(en) | 4 x General Electric-YT58-GE-8D turboshafts | |||
Propeller(s) | diameter 2,13 | |||
Vermogen | 3728 kW | |||
Prestaties | ||||
Topsnelheid | 221 knopen (410 km/h) | |||
Vliegbereik | 1.143 km | |||
Actieradius | 712 km | |||
Dienstplafond | 8.475 m | |||
|
De Bell X-22 was een ‘’V/STOL’’ (Vertical and/or short take-off and landing: verticaal en/of met korte start opstijgen en landen) X-vliegtuig uit de Verenigde Staten. Opvallend bij dit experimentele toestel waren de vier draaibare, getunnelde propellers. Hiermee kon het, met de rotors verticaal, verticaal opstijgen of, met de nacelles onder een hoek van ongeveer 45°, opstijgen vanaf een korte startbaan. Daarnaast werd de X-22 ontworpen om meer inzicht te verkrijgen in het tactisch gebruik van VTOL-troepentransportvliegtuigen zoals de voorganger van de X-22, de Hiller X-18 en zijn opvolger, de Bell XV-15. Een ander programma vereiste een toestel met een horizontale snelheid van minimaal 525 km/h (283 knopen).
Driebladige propellers werden gemonteerd op vier vleugels. Ze waren met elkaar gesynchroniseerd door zender-ontvangers en verbonden met vier turboshaftmotoren, die paarsgewijs aan weerszijden aan de achterste vleugel waren gemonteerd. Manoeuvreren geschiedde door omhoog of omlaag draaien van de propellers in combinatie met het bewegen van hoogte- en rolroeren, die in de luchtstroom van de propellers zaten.