Biotechnologie is de technologische toepassing van biologische kennis. Voorbeelden variëren van fermentatieprocessen als kaasmaken tot hightech laboratoriumwerk. De term is een neologisme uit 1969.[bron?]
Voorbeelden van de klassieke biotechnologie zijn het fokken van dieren, het veredelen van planten en het fermenteren van biologisch materiaal. Bij fermentatie worden bacteriën, celculturen of schimmels, zoals gist, ingezet. Dit wordt toegepast bij het brouwen van bier, het bereiden van kaas en yoghurt, en de vinificatie van wijn.
De moderne biotechnologie onderscheidt zich van de klassieke biotechnologie, door het toepassen van nieuwe ontdekkingen in de moleculaire biologie, waardoor recombinant-DNA technologie mogelijk werd.[1]