Chaos | ||||
---|---|---|---|---|
xάος | ||||
Chaos | ||||
Oorsprong | Griekse mythologie | |||
Gedaante | het Niets | |||
Associatie | het Niets waaruit de eerste goden zijn ontstaan, Griekse scheppingsmythe | |||
Literaire bronnen | Theogonia, Metamorfosen | |||
Verwantschap | ||||
Nakomelingen | Gaia, Tartaros, Eros, Erebos, Nyx, Chronos | |||
"Het loswikkelen van chaos, of het creëren van de vier elementen". Gravure uit de Metamorfosen van Ovidius, Hendrik Goltzius (1589)
| ||||
|
Chaos (Oudgrieks: xάος, leegte) is in de Griekse mythologie het Niets waaruit de eerste goden ontstonden. Chaos is volgens sommige bronnen vrouwelijk, maar wordt meestal als onzijdig aangeduid. Chaos wordt wel voorgesteld als een bodemloze leegte waar alles eindeloos valt; niet naar beneden, want er is geen enkele oriëntatie mogelijk, maar alle kanten op. Uit deze uitgestrekte malende wanorde ontstond orde in de vorm van Nacht, Duisternis, Aantrekkingskracht, Onderwereld en Aarde. Aarde maakte vanuit haar oorsprong Bergen, Zee en Hemel. Nacht en Duisternis maakten samen Ether en Dag.
Uit Aarde, Gaia en haar zoon Hemel, Ouranos ontstonden ook twaalf Titanen plus drie cyclopen en drie reuzen met honderd armen. De bekendste Titanen zijn Okeanos, Japetos en Kronos. Tijdens de oorlog tussen de Titanen en Olympiërs zouden de gemoederen zo hoog opgelopen zijn dat Chaos door de hitte bevangen raakte. In samenwerking met Chaos schiep Eros de vogels.