Complot van 20 juli 1944 | ||||
---|---|---|---|---|
De Wolfsschanze na de explosie
| ||||
Datum | 20 juli 1944 (aanslag); 1944-1945 (executies en arrestaties van samenzweerders) | |||
Locatie | Rastenburg, Nazi-Duitsland | |||
Resultaat | De militaire staatsgreep tegen het naziregime mislukt. Het naziregime overwint. | |||
Strijdende partijen | ||||
| ||||
Leiders en commandanten | ||||
Verliezen | ||||
|
Het complot van 20 juli 1944 was een poging om een staatsgreep te plegen en Adolf Hitler om te brengen. Het plan werd in werking gesteld op 20 juli 1944 door officieren van de Wehrmacht en andere organisaties. De eigenlijke leider van het complot was Henning von Tresckow, maar deze kon niet actief deelnemen aan de opstand. De leiding was vanaf dat moment in handen van kolonel Graf Claus von Stauffenberg. De coupplegers gaven de aanslag de codenaam 'Operatie Walküre'.
Graf von Stauffenberg zou zelf de aanslag op Hitler uitvoeren tijdens een militaire stafbespreking in het hoofdkwartier de Wolfsschanze bij Rastenburg in Oost-Pruisen, een enorm groot en goed beveiligd bunkercomplex. De aanslag mislukte, mede doordat een Duits officier de tas met de bom erin had verplaatst nadat von Stauffenberg deze daar had achtergelaten.
De mislukte aanslag en staatsgreep waren aanleiding voor de Gestapo om meer dan 7.000 mensen te arresteren, van wie er 4.980 werden geëxecuteerd.[1]