Een cultuurgebied is een gebied met een relatief homogene cultuur. Binnen een cultuurgebied of culturele regio deelt de bevolking een aantal culturele kenmerken (zoals bijvoorbeeld taal, religie, bouwstijl of bestaanswijze) waardoor ze zich onderscheidt van andere cultuurgebieden. De omvang van een cultuurgebied is onbepaald en vaak worden administratieve grenzen overschreden. Cultuurgebieden bestaan op verschillende schaalniveaus.
Het is niet mogelijk een meer nauwkeurige omschrijving van het begrip cultuurgebied te geven omdat dat de definiëring afhankelijk is van wat men onder cultuur verstaat. Het begrip cultuur speelt namelijk ook een rol in het debat over nationale en regionale identiteit, migratie en integratie met conflicterende inzichten [1]. Soms gaat het om tastbare materiële kenmerken (bouwstijl, kleding, gebruiksvoorwerpen), maar vaak ook om religie, sociale structuur en heersende waarden en normen.
Het begrip cultuurgebied wordt in verschillende wetenschappen gebruikt waaronder de etnologie, de culturele antropologie, de sociale geografie, de geschiedenis en de linguïstiek.
In de 19e eeuw ontstond de behoefte etnografische collecties in musea te ordenen op basis van ruimtelijke kenmerken. De Deense archeoloog Christian Jürgensen Thomsen (1788-1865) gebruikte de taxonomische benadering Carl Linnaeus voor de classificatie van archeologische vondsten
Het idee dat de verscheidenheid aan culturen in de wereld geordend zouden kunnen worden naar geografische gebieden met overeenkomstige culturele kenmerken was analytisch gezien erg interessant. Aan het einde van de 19e eeuw werd dit idee geaccepteerd door met name Duitse en Amerikaanse wetenschappers [2].
Verwante begrippen in andere taalgebieden zijn: Culture area, Kulturraum, Kulturprovinz, Kulturkreis en Genre de vie.
De ontwikkeling van het begrip in het begin van de 20e eeuw hangt nauw samen met het diffusionisme, een stroming in de sociale wetenschappen die zich ontwikkelde als reactie op het evolutionisme. De vraag was of overeenkomsten tussen cultuurelementen (bijvoorbeeld huisvormen of gereedschappen) bij ruimtelijk gescheiden culturen terug te voeren konden worden op onafhankelijke inventie óf op diffusie door migratie en handelscontacten [3]