Een douanewetgeving is het geheel van regels betreffende de in- en uitvoer van goederen. Onder deze regels moet onder andere worden verstaan de wet- en regelgeving met betrekking tot de rechten bij invoer en de rechten bij uitvoer die zijn verschuldigd bij het binnenbrengen of uitvoeren van goederen in/uit een douanegebied. Wat betreft deze rechten kan worden gedacht aan douanerechten, anti-dumpingrechten, compenserende rechten, belastingen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en landbouwbelastingen binnen de Europese Unie.
Naast de hiervoor genoemde 'communautaire rechten bij in- en uitvoer, zijn bij het in het vrije verkeer brengen van goederen in Nederland veelal ook nog nationale belastingen vanwege invoer verschuldigd. Daarbij kan worden gedacht aan omzetbelasting bij invoer en accijnzen bij invoer. Omzetbelasting bij invoer wordt geheven op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968. Accijnzen bij invoer worden geheven krachtens de Wet op de accijns. Voor zover het gaat om het belastbare feit invoer volgen beide nationale heffingen over het algemeen de communautaire douaneregelgeving. Overigens zijn de omzetbelasting en accijnsheffing ook in grote, respectievelijk bepaalde mate communautair geharmoniseerd.
Rechten bij invoer zijn naar hun aard discriminatoir. De heffing beoogt namelijk goederen die het land binnenkomen (niet-communautaire goederen) nadeliger te behandelen dan communautaire goederen. Geheel anders is dat bij omzetbelasting en accijnzen bij invoer. Deze belastingen hebben uitsluitend een compenserend karakter, doordat zij slechts ten doel hebben de belastingdruk op ingevoerde goederen gelijk te houden met de druk op nationale goederen.