Embryonale inductie is het proces waarbij cellen elkaars differentiatie beïnvloeden tijdens de embryonale ontwikkeling. De beïnvloeding of stimulatie wordt inductie genoemd en vindt plaats door middel van mechanische en biochemische signalen. Een dergelijk signaal wordt geproduceerd door inducerende cellen. Het gevolg is dat een ontvangende cel zijn genexpressie verandert wat aanleiding geeft tot differentiatie en migratie.[1][2] Embryonale inductie is hiermee een fundamenteel principe in de embryologie.
De belangrijkste inductie speelt zich af tijdens de gastrulatie wanneer de blastula tegenoverliggende weefsels bij elkaar brengt door het naar binnen rollen van groepen cellen via de blastoporus. Het ectoderm, endoderm en mesoderm komen hierdoor tegen elkaar aan te liggen en beïnvloeden elkaar waarbij het mesoderm, dat ook naar binnen rolt, het ectoderm induceert tot het vormen van het neuroectoderm.[3] Vervolgens gaat de gastrulatie over in de neurulatie, die geïnduceerd wordt door de dorsale lip van de blastoporus, de zogenaamde organizer. Deze beschrijving is gebaseerd op de gastrulatie van amfibieën.[4]
<ref>
; er is geen tekst opgegeven voor referenties met de naam :1