De Europese kampioenschappen schaatsen allround voor vrouwen is sinds 2017 een tweejaarlijks terugkerend Europees schaatstoernooi, van 1970 tot en met 2017 -met een zesjarige onderbreking- was het een jaarlijks toernooi.
De eerste vijf toernooien werden van 1970 tot en met 1974 verreden. Na zes jaar onderbreking van 1975 tot en met 1980, werd het zesde toernooi in 1981 georganiseerd. Tot en met de editie van 1989 werden de kampioenschappen apart van het EK voor mannen georganiseerd. Vanaf 1990 vormden beide kampioenschappen een gezamenlijk ISU-evenement dat, afhankelijk van de plaatselijke organisatie, over twee of drie dagen plaatsvond op één locatie. In 2017 werd de EK sprint (m/v) aan het 'schaatsweekend' toegevoegd en werd de frequentie tweejaarlijks, in het tussenliggende jaar worden de EK afstanden geschaatst.
Van 1970 tot en met 1982 werd er gereden in een minivierkamp (500, 1500, 1000, 3000 meter), vanaf 1983 in een kleine vierkamp (500, 3000, 1500, 5000 meter).
Vanaf de editie van 1999 is het aantal deelnemers aan de wereldkampioenschappen allround door de ISU op 24 deelnemers (voor mannen en vrouwen) vastgesteld. De startplaatsen werden voortaan per continent verdeeld. Van 1999-2014 was het EK allround bepalend voor de invulling van de Europese startplaatsen per land op het WK.