George IV | ||
---|---|---|
1762-1830 | ||
Prins van Wales | ||
Periode | 1762-1820 | |
Voorganger | George Willem Frederik | |
Opvolger | Albert Eduard | |
Koning van het Verenigd Koninkrijk Koning van Hannover | ||
Periode | 1820-1830 | |
Voorganger | George III | |
Opvolger | Willem IV | |
Vader | George III | |
Moeder | Charlotte van Mecklenburg-Strelitz | |
Dynastie | Hannover | |
Wapen van George als koning van het Verenigd Koninkrijk en van Hannover, met rechts de Schotse variant |
George IV August Frederik van Hannover (Engels: George Augustus Frederick; St. James's Palace, 12 augustus 1762 – Windsor Castle, 26 juni 1830) was koning van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland en koning van Hannover van 1820 tot 1830. Hij was prins regent voor zijn vader van 1811 tot diens dood in 1820 en stond vooral bekend om de overwinning van het Verenigd Koninkrijk in de napoleontische oorlogen.
George was een koppige monarch, die zich vaak bemoeide met de politiek, vooral op het gebied van de katholieke emancipatie, maar niet zoveel als zijn vader. Zowel tijdens zijn regentschap als tijdens zijn koningschap was het vooral Robert Jenkinson, de tweede graaf van Liverpool, die de regering beheerste als minister-president. Andere ministers-presidenten onder George IV waren George Canning in 1827, Frederick John Robinson de graaf van Ripon, van 1827 tot 1828 en Arthur Wellesley de hertog van Wellington, van 1828 tot 1830.
Koning George IV staat vandaag de dag vooral bekend om zijn extravagante levensstijl in de periode toen hij Prince of Wales, prins-regent en koning was. In 1797 was zijn gewicht al rond de 111 kilogram. Hij had een zeer slechte relatie met zijn vader, George III, en ook met zijn tweede echtgenote Caroline van Brunswijk. Hij verbood haar zelfs om bij zijn kroning aanwezig te zijn. George IV liet door John Nash het Royal Pavilion in Brighton bouwen en liet Buckingham House verbouwen en herinrichten en hij liet door Jeffry Wyattville Windsor Castle verbouwen. Hij was zeer betrokken bij de oprichting van de National Gallery in Londen en King's College in Londen.