Gips | ||||
---|---|---|---|---|
Structuur van calciumsulfaat, van gips
| ||||
Mineraal | ||||
Chemische formule | CaSO4·2H2O | |||
Kleur | kleurloos, wit, lichtbruin, geel, roze | |||
Streepkleur | wit | |||
Hardheid | 2 per definitie | |||
Gemiddelde dichtheid | 2,3 kg/dm3 | |||
Glans | glasglans | |||
Opaciteit | doorzichtig tot doorschijnend | |||
Breuk | schelpvormig | |||
Splijting | zeer goed, is buigzaam | |||
Kristaloptiek | ||||
Kristalstelsel | monoklien | |||
Brekingsindices | Np 1,521, Nm 1,523, Ng 1,531 | |||
Dubbele breking | 0,010 | |||
Overige eigenschappen | ||||
Veredeling | kleuren, impregneren | |||
Bijzondere kenmerken | De fijnkorrelige variëteit heet albast, de vezelige variëteit die het kattenoogeffect vertoont seleniet. | |||
Lijst van mineralen | ||||
|
Gips, afgeleid van het Griekse γύψος, dat krijt of gips betekent, is een mineraal dat grotendeels uit calciumsulfaat CaSO4 bestaat, een verbinding van het calcium- en het sulfaation.[1]