Giuseppe Farina | ||||
---|---|---|---|---|
Algemene informatie | ||||
Nationaliteit | Italië | |||
Formule 1-carrière | ||||
Jaren actief | 1950 - 1955 | |||
Teams | Alfa Romeo, Ferrari | |||
Races | 36 (33 starts) | |||
Kampioenschappen | 1 (1950) | |||
Overwinningen | 5 | |||
Podiums | 20 | |||
Polepositions | 5 | |||
Snelste rondes | 5 | |||
Punten | 1151⁄3 (1271⁄3) | |||
Eerste race | 1950 Grand Prix van Groot-Brittannië | |||
Eerste overwinning | 1950 Grand Prix van Groot-Brittannië | |||
Laatste overwinning | 1953 Grand Prix van Duitsland | |||
Laatste race | 1955 Grand Prix van België (DNS tijdens Grand Prix van Italië) | |||
|
Dr. Emilio Giuseppe "Nino" Farina (Turijn, 30 oktober 1906 - Aiguebelle, 30 juni 1966) was een Italiaanse autocoureur. Hij was in 1950 de eerste wereldkampioen in de Formule 1.
De vader van Farina was de ondernemer Giovanni Farina, die sinds 1906 het carrosseriebedrijf Stabilimenti Farina in Turijn leidde. Zijn oom - de broer van zijn vader - was Battista "Pinin" Farina, wiens bedrijf Pininfarina ook actief was in de auto-industrie. Farina was een opgeleide econoom en leidde samen met zijn broer Attilio de Stabilimenti Farina van 1946 tot de liquidatie ervan in 1953.
Giuseppe Farina begon zijn racecarrière in 1933 bij Alfa Romeo en werd in 1936 lid van het fabrieksteam. De dominantie van de Duitse merken Mercedes-Benz en Auto Union verhinderde succes in de Grand Prix-klasse, maar in de kleinere Voiturette-klasse (vergelijkbaar met de latere Formule 2) behaalde hij enkele overwinningen. Na de Tweede Wereldoorlog nam hij deel aan races in een privé-Maserati en won onder meer de Grand Prix van Monaco in 1948.
In 1950 sloot hij zich aan bij het Alfa Romeo-team, waartoe ook Luigi Fagioli en Juan Manuel Fangio behoorden, zodat het het “Team van de Grote Drie F’s” werd genoemd. Met drie Grand Prix-overwinningen behaalde hij in 1950 het allereerste Formule 1-wereldkampioenschap, vóór Juan Manuel Fangio. Farina vierde zijn laatste Grand Prix-overwinning in 1953 op 47-jarige leeftijd tijdens de Duitse Grand Prix. In 1956 beëindigde hij zijn racecarrière en probeerde vervolgens te gaan werken als autodealer, rij-instructeur en carrosserieontwerper voor zijn oom Pinin Farina.
Op 30 juni 1966 kreeg Nino Farina een dodelijk ongeval op de openbare weg nabij Chambéry (Frankrijk) toen hij, onderweg naar de Franse Grand Prix, tegen een telegraafpaal reed.