Een graf is een plaats waar een lichaam of de restanten daarvan, na het overlijden wordt neergelegd. Per cultuur en religie verschillen de eisen en wensen die aan een graf worden gesteld. In de meeste culturen is een graf enerzijds een laatste rustplaats voor de overledene, anderzijds is een graf een plek waar nabestaanden de overledene later kunnen eren. Het begraven gebeurt in het algemeen op een begraafplaats.
Vaak is een graf een kuil of gegraven gat in de grond, maar ook de plaatsing in rotsholten of ondergrondse of bovengrondse kamers komt voor. In zo'n geval, wanneer er sprake is van inmetseling, dan spreekt men van een grafnis. In een graf kunnen één of meer lichamen begraven worden. Het lichaam kan naakt, gekleed, in een houten of stenen doodskist en met of zonder grafgiften worden begraven. Maar ook is het mogelijk om, na een crematie, de as van de overledene in een graf te plaatsen.
Omdat een dergelijke plaats vaak tientallen tot honderden of zelfs duizenden jaren onaangeraakt blijft, kunnen oude graven ons vaak veel leren over de gewoonten en cultuur van de mensen die die graven maakten, vooral als er sprake is van uitgebreide rituelen en grafgiften. De archeogenetica heeft ongeschonden graven en kerkhoven een belangrijker bron van informatie dan voorheen gemaakt. De werkwijze van de archeologen is ook veranderd. Bij opgravingen wordt nu beschermende kleding gedragen om besmetting met modern DNA te voorkomen.