Bloederziekte | ||||
---|---|---|---|---|
Hemofilie | ||||
Synoniemen | ||||
Latijn | morbus haematicus[1] haemophilia[2][3] | |||
Coderingen | ||||
ICD-10 | D66-D68.1 | |||
ICD-9 | 286 | |||
OMIM | 306700 306900 264900 | |||
DiseasesDB | 5555 5561 29376 | |||
MedlinePlus | 000537 | |||
eMedicine | med/3528 | |||
MeSH | D025861 | |||
|
Hemofilie[6][7] of bloederziekte[6][7] is een erfelijke stoornis in de gehele bloedstolling. Het bloed kan niet goed stollen omdat een bepaalde stollingsfactor in het bloed ontbreekt. Er zijn twee typen hemofilie. Bij hemofilie A heeft de patiënt onvoldoende factor VIII; wanneer er te weinig factor IX is, spreken we van hemofilie B. Hemofilie komt vrijwel uitsluitend voor bij mannen, omdat de productie van factoren VIII en IX wordt geregeld door een gen op het X-chromosoom en het defectieve gen slechts recessief wordt overgeërfd. Slechts in zeer zeldzame gevallen komt hemofilie ook bij vrouwen voor, namelijk wanneer ze op beide X-chromosomen het defectieve gen hebben. Een tekort van een van de andere stollingsfactoren heet niet hemofilie maar is een ander stollingsprobleem. Hemofilie is een tamelijk zeldzame ziekte, ongeveer 1 op de 10.000 mensen heeft hemofilie. Hemofilie A komt het meest voor (80%).