Herodes Antipas | ||
---|---|---|
Confrontatie van Antipas met Jezus volgens de Meester van Sienna
| ||
Tetrarch van Galilea en Perea | ||
Periode | 4 v.Chr. tot 39 na Chr. | |
Voorganger | Herodes de Grote | |
Opvolger | Herodes Agrippa I | |
Vader | Herodes de Grote | |
Moeder | Malthake | |
Bron: Flavius Josephus, Nieuwe Testament |
Herodes Antipas (Ἡρῴδης Ἀντίπατρος) (geboren voor 20 v.Chr.; overleden na 39 n.Chr.), was in de eerste eeuw tetrarch van Galilea en Perea. Antipas was een zoon van Herodes de Grote. Toen Herodes de Grote stierf in 4 v.Chr., erfde elk van zijn vier zoons een vierde deel van het koninkrijk van hun vader, dat een vazalstaat van het Romeinse Rijk was.
Antipas liet de steden Sepphoris en Betharamphtha bouwen en, belangrijker, zijn hoofdstad Tiberias op de westelijke oever van het Meer van Galilea. Tiberias, genoemd naar keizer Tiberius, werd na de verwoesting van Jeruzalem een centrum van het Rabbijnse jodendom en is een van de heilige plaatsen van het jodendom.
In het Nieuwe Testament speelt Antipas een rol in de gebeurtenissen die leidden tot de terechtstelling van Johannes de Doper en van Jezus van Nazareth.