Onderkoeling | ||||
---|---|---|---|---|
Hypothermia | ||||
Coderingen | ||||
ICD-10 | T68 | |||
ICD-9 | 991.6 | |||
DiseasesDB | 6542 | |||
eMedicine | med/1144 | |||
MeSH | D007035 | |||
|
Onderkoeling of hypothermie is een toestand waarbij de centrale lichaamstemperatuur (de hoogste temperatuur midden in de romp) van een persoon zo ver is gedaald dat de normale stofwisseling in gevaar komt. De normale lichaamstemperatuur bij gezonde mensen varieert tussen ongeveer 35,5 graden en 37,5 (soms hoger bij inspanning) Celsius. Soms ook wel wat lager. Bijvoorbeeld vroeg in de ochtend of tijdens de slaap. Onderkoeling begint als de lichaamstemperatuur zakt tot onder de 35 °C. Als de lichaamstemperatuur onder de 32 °C zakt, wordt de situatie kritiek. Lichaamstemperaturen onder de 27 °C zijn zonder medisch ingrijpen bijna altijd dodelijk, hoewel er gevallen bekend zijn waarbij een lichaamstemperatuur van 14 °C werd overleefd.
Onderkoeling kan ook levensreddend zijn. De hersenen sterven namelijk reeds af wanneer de circulatie slechts enkele minuten stopt, maar bij lagere temperatuur kan dat veel langer duren (andere organen zijn minder in gevaar, ze kunnen een circulatiestilstand langer overleven). Hierdoor is het soms mogelijk verdrinking in zeer koud water te overleven. Het slachtoffer verliest het bewustzijn en de hartslag (bloedsomloop) stopt. Het slachtoffer lijkt klinisch dood. Door de kou van het water raken de hersenen echter nog niet zo snel onherroepelijk beschadigd. In sommige gevallen is het nog mogelijk gebleken dergelijke slachtoffers te reanimeren. Daarom wordt er bij levenloze en tevens onderkoelde slachtoffers weleens gezegd "Iemand is pas dood als hij warm is en (nog steeds) dood".
Er zijn ruwweg twee soorten onderkoeling te onderscheiden, acute en chronische. Acute onderkoeling is het gevaarlijkste; de lichaamstemperatuur zakt snel, vaak binnen seconden of minuten als een slachtoffer door het ijs (van een bevroren meer) zakt. Chronische onderkoeling vindt plaats als het lichaam over langere tijd onderkoeld raakt. Iemand die te water raakt in ijskoud water zal in het algemeen binnen enkele minuten te koud zijn om zelf nog actief te kunnen zwemmen. Ook iemand die zelfs in Nederlands binnenwater bij niet-zomerse temperaturen te water raakt (zeilers, surfers) kan snel zover afkoelen dat zwemmen onmogelijk wordt. Het gevaar van een fatale afloop kan worden vergroot door hevige vermoeidheid of uitputting.