Hypsilophodon Status: Uitgestorven, als fossiel bekend | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||||||||
Hypsilophodon Huxley, 1869 | |||||||||||||||||||
Typesoort | |||||||||||||||||||
Hypsilophodon foxii | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Hypsilophodon op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
Hypsilophodon[1][2][3] is een geslacht van kleine, uitgestorven plantenetende ornithischische dinosauriërs, behorend tot de groep van de Euornithopoda, dat tijdens het Vroeg-Krijt leefde in het gebied van het huidige Engeland.
Het eerste fossiel van Hypsilophodon werd gevonden in 1849. Het geslacht kreeg zijn naam in 1869 toen door de beroemde bioloog Thomas Huxley de typesoort Hypsilophodon foxii benoemd werd. De naam betekent 'Hypsilophus-tand' en is geïnspireerd door een niet-verwante plantenetende hagedis, niet door de tanden van Hypsilophodon zelf. In 1979 is een tweede soort benoemd, Hypsilophodon wielandi uit Noord-Amerika, maar daarvan werd later duidelijk dat het om een andere dinosauriër gaat. Fossielen van de echte Hypsilophodon zijn alleen bekend van het eiland Wight. Daar zijn enkele tientallen skeletten van Hypsilophodon gevonden zodat de wetenschappers een goed beeld kregen hoe het dier eruitzag.
Hypsilophodon werd tot honderdtachtig centimeter lang en twintig kilogram zwaar. Vroeger werd wel een hogere lengte aangegeven maar dat kwam doordat per ongeluk het bot van een grotere dinosauriër aan Hypsilophodon was toegewezen. Hypsilophodon liep op zijn achterpoten waarbij zijn romp in evenwicht gehouden werd door een horizontale staart die verstijfd was door bundels verbeende pezen. Zijn voorpoten waren nogal klein en niet geschikt om op te lopen. Wel konden de handen planten plukken die de korte spitse kop met een scherpe snavel afbeet. Rijen waaiervormige tanden verknipten het voedsel verder waarna het ingeslikt werd om in de maag door maagstenen vermalen te worden. Lange tijd werd aangenomen dat Hypsilophodon in bomen klom maar naar huidige inzichten leefde hij op de grond en kon hard rennen om te vluchten voor roofsauriërs.