Inanna | ||||
---|---|---|---|---|
Inana, Inninna, Isjtar (Akkadisch), Nin-me-sar-ra | ||||
Inanna | ||||
Oorsprong | Mesopotamië (Soemerisch) | |||
Periode | 3500-1750 v.Chr. | |||
Cultuscentrum | Unug in de Eannatempel, ook Erbil en Ninive | |||
Associatie | Rietbundel, later ster of rozet. Ook leeuw of leeuwenwelp | |||
Literaire bronnen | vooral Gilgamesj-epos en Inanna's afdaling in de onderwereld | |||
Verwantschap | ||||
Ouders | Vader Nanna, soms Anu met dan Antu als moeder | |||
Siblings | Utu en Isjkur | |||
Partner | Dumuzi en vele anderen | |||
Nakomelingen | Lulal, Sjara | |||
Symbool voor Inanna
| ||||
|
Inanna, Inana, of Ininni was een hemelgodin en de allergrootste godin van de Soemerische religie. Gedurende haar bestaan kreeg zij meerdere, soms tegenstrijdige rollen. Zo was zij als Ninanna de dame van de hemel en als Ninsianna de godin van Venus. Daarnaast was zij de vruchtbaarheidsgodin en de godin van de liefde, maar ook de godin van de oorlog en de prostitutie en beschermer van de wilde dieren. Haar begeleider was de godin Ninsjubur. Zij wordt veelal vereenzelvigd met de (Semitische) godin Isjtar. Nabij Uruk (Soemerisch: Unug) was een compleet heilig woud aan haar gewijd en er is ook een enorm tempelcomplex opgegraven, de Eannatempel. Haar dierenassociaties waren die van leeuw of leeuwenwelp.
De cultus van Inanna vervulde gedurende de Vroeg-dynastieke Periode enige tijd een centrale rol in Soemer, tot deze werd overgenomen door Enlil van Nippur.
Volgens een inscriptie van Lugalkiginnedudu was zij degene die hem het goddelijk koningschap van Uruk en Ur bracht.