Jaroslav Seifert | ||
---|---|---|
23 september 1901 – 10 januari 1986 | ||
Jaroslav Seifert (1931)
| ||
Geboorteland | Tsjecho-Slowakije | |
Geboorteplaats | Žižkov (Praag) | |
Nationaliteit | Tsjechisch | |
Overlijdensplaats | Praag | |
Nobelprijs | Literatuur | |
Jaar | 1984 | |
Reden | "Voor zijn poëzie die begiftigd met frisheid en vindingrijkheid een verlossend beeld van de ontembare geest en veelzijdigheid van de mens verschaft." | |
Voorganger(s) | William Golding | |
Opvolger(s) | Claude Simon |
Jaroslav Seifert (IFA: [ˈjarɔslaf ˈsajfr̩t]?) (Žižkov, 23 september 1901 – Praag, 10 januari 1986) was een Tsjechische schrijver, dichter en journalist. In 1984 won hij de Nobelprijs voor Literatuur
Seifert werd geboren in Žižkov, een voorstad van Praag in het toenmalige Oostenrijk-Hongarije. Zijn eerste bundel gedichten werd gepubliceerd in 1921. Hij was lid van de Communistische Partij en redacteur van een aantal communistische kranten en tijdschriften. In maart 1929 werden hij en zes andere belangrijke schrijvers uit de Communistische Partij gegooid. Dit was omdat ze een manifest hadden ondertekend tegen Bolsjewiekse invloeden in het nieuwe leiderschap van de Communistische Partij van Tsjecho-Slowakije. In 1949 verliet Seifert de journalistiek en begon zichzelf uitsluitend te concentreren op literatuur. Hij won verschillende grote prijzen voor zijn gedichten, waaronder de Nobelprijs.
In april 1956 verklaarde Seifert op het congres van de Schrijversbond in Praag: "We horen op dit congres telkens weer dat het noodzakelijk is dat schrijvers de waarheid vertellen. Dit betekent dat ze in de afgelopen jaren niet over de waarheid hebben geschreven.(...) Dat is nu allemaal voorbij. De nachtmerrie is uitgebannen."[1]