Plaats in België
| |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Gewest | Vlaanderen | ||
Provincie | Oost-Vlaanderen | ||
Gemeente | Maldegem | ||
Coördinaten | 51° 11′ NB, 3° 27′ OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 21,5 km² | ||
Inwoners | 2709 | ||
Detailkaart | |||
Locatie in Oost-Vlaanderen | |||
|
Kleit (vroegere spelling Cleyt) is een gehucht in Maldegem in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen. Het gehucht ligt in het zuiden van de gemeente, met een oppervlakte van 2150 ha. In 2022 telde het dorp 2709 inwoners.
De naam 'Kleit' komt van de dikke kleilaag die hier dicht onder de oppervlakte aanwezig is. De inwoners van Kleit worden 'Kleitenaars' genoemd. Hun bijnaam is 'de bezembinders', naar de relatief veel bezembinders die vroeger in de streek woonden.
In het noorden van Kleit vindt men een natuurlijke heuvel, de Kampel, die 26 meter hoog is.
Kleit bestaat als zelfstandige parochie sinds 1857. Er is een neogotische kerk uit 1863 die gewijd is aan de Heilige Vincentius a Paulo. Deze kerk bezit een preekstoel met mooi houtsnijwerk uit 1661 en een tabernakel in barokstijl. Ook zijn er muurschilderingen in de kerk. Buiten de kerk zijn kapelletjes ter ere van Sint-Antonius Abt en de Heilige Cornelius.
Sedert 1952 is Kleit een bedevaartplaats, waar men in de meimaand de Mariagrot met processiepark bezoekt. Dit bevindt zich in een overblijfsel van het Kluisbos naast de kerk. Daarnaast bevindt zich aan de weg naar Ursel de kapel Onze Lieve Vrouw van de Doorn. Deze bezit een houten Mariabeeld dat van Spaanse afkomst zou zijn. Het wordt vereerd aan een doornboom tegenover herberg 'Het Moorken'.
Sinds 1958 wordt Kleit in tweeën gesplitst door de Aalterbaan.
De Abdijhoeve van Papinglo is een oude ontginningshoeve in het Maldegemveld, een gebied van woeste grond ten zuiden van Kleit dat in de middeleeuwen geleidelijk is ontgonnen.
Ook vindt men hier de Burkelhoeve of de Hoeve van Groot-Burkel, die in de 13e eeuw werd opgericht door de Abdij Ter Doest met de bedoeling om de heide te ontginnen, wat door onderling geruzie niet effectief gebeurde. In 1624 nam de Abdij Ter Duinen de hoeve over. Met name in de tweede helft van de 18e eeuw werd de ontginning met voortvarendheid voortgezet.
De naam 'Burkel' betekent 'Berkenbos'. De 13e-eeuwse Burkelhoeve bevond zich op de plaats van het huidige Hof Ter Duinen. Hiervan is nog een restant van de omwalling overgebleven. In de eerste helft van de 19e eeuw ging het bezit over op de familie Lippens uit Knokke die er nu nog een jachtslot bezit. De hoeven en bijbehorende grond werden in het begin van de 21e eeuw aan de pachters verkocht. De Groot-Burkelhoeve is een 18e-eeuwse hoeve.