Het Land van Dendermonde vormde een heerlijkheid van het Graafschap Vlaanderen, tussen de Schelde en de Dender.
Het Leenhof van Dendermonde was gevestigd waar in 1927 het Justitiepaleis werd gebouwd, naast de Dender. Hier vergaderden de Schepenen die het Land bestuurden.[1] Het Leenhof werd bestuurd door een baljuw en zeven schepenen, in naam van de heer. Deze laatste behoorde aanvankelijk tot een familie Van Dendermonde, die in de 2e helft van de 12e eeuw met Walter II uitstierf. Diens dochter en enige erfgename Mathilde werd de echtgenote van Willem II, heer van Bethune; hun kleindochter Mathilde bracht het Land van Dendermonde als bruidsschat aan Gwijde van Dampierre, graaf van Vlaanderen. De heerlijkheid zou daarna steeds in de grafelijke familie blijven en daarna toevallen aan de opeenvolgende vreemde vorsten die Vlaanderen hadden geërfd.