In de ruimtevaart is een lander (in het Engels descent module, descent capsule) een bemand of onbemand ruimtevaartuig dat een zachte landing kan maken op een hemellichaam. De term wordt vooral gebruikt voor een module of combinatie van modules die speciaal ontworpen is voor het landen, en in het geval van landen op een ander hemellichaam, voor het verblijf op het oppervlak, en eventueel de terugkeer. Daarnaast zijn/waren er modules van ruimtevaartuigen die kunnen/konden landen, maar die ook andere belangrijke functies hebben/hadden, bijvoorbeeld de Orbiter van het Spaceshuttleprogramma.
Voor hemellichamen met een atmosfeer kan de lander aerobraking en parachutes gebruiken om af te remmen, vaak met kleine raketten die de daalsnelheid afremmen. Zie ook Binnenkomst in de atmosfeer.
Bij de Mars Pathfinder-missie werden airbags gebruikt om de klap van de landing op te vangen.
Er zijn inmiddels op verschillende hemellichamen landers neergestreken: de Maan, Venus, Mars en de Saturnusmaan Titan. Op de Maan en Mars is op een deel van vluchten een voertuig om over het oppervlak te rijden meegebracht.