Meno (Plato)

Plato
Dit artikel is een deel van de serie over:
de dialogen van Plato
Vroege periode:
Apologie van Socrates · Charmides
Protagoras · Euthyphro
Ion · Crito · Alcibiades I
Hippias Major · Hippias Minor
Laches · Lysis · Euthydemus
Middenperiode:
Cratylus · Gorgias
Menexenus · Meno
Phaedo · Symposium
Staat · Phaedrus
Late periode:
Parmenides · Theaetetus
Timaeus · Critias
Sofist · Staatsman
Philebus · Wetten
Betwiste geschriften:
Clitophon · Epinomis
Brieven · Hipparchus
Minos · Theages
Alcibiades II · Minnaars
Niet geschreven:
Hermocrates · Ongeschreven leer

De Meno is een van de socratische dialogen van Plato, waarschijnlijk tussen 386 en 382 v.Chr. geschreven. Dit werk markeert een keerpunt in Plato's filosofische ontwikkeling: daar waar zijn eerdere werken puur 'aporetisch' (dat wil zeggen in een aporie, een situatie zonder antwoord) eindigden, wordt in de Meno een nieuwe bron van zekere kennis aangeboord[1]. Als de gesprekspartners er nl. niet in slagen te definiëren wat aretè is ('voortreffelijkheid' of 'deugd', een brede term, hier vooral op de politiek toegepast), wordt de vraag gesteld of wij überhaupt wel iets kunnen leren. Plato's antwoord op deze vraag kan gezien worden als het eerste optreden binnen de westerse filosofie van het idee van de aangeboren kennis. Plato zegt namelijk dat onze kennis in feite een herinneren is van eerder bezeten kennis, een opvatting die bekend is geworden onder de naam anamnese.

  1. Vgl. Guthrie, A History of Greek Philosophy, dl IV, blz. 241: The Meno has been described as a microcosm of the whole series of Plato's dialogues. Those before it are ostensibly negative and destructive, those after it constructive. Even verder suggereert Guthrie dat we hier ook het moment zien waarop Plato niet langer de historische Socrates weergeeft, maar zijn eigen opvattingen naar voren brengt: One might even claim to detect the very moment when Plato first deliberately goes beyond the historic Socrates to provide for his teaching a philosophic basis of his own. It would be at 81a, where Socrates declares with unwonted solemnity that he can rebut the eristic denial that learning is possible by an appeal to religious beliefs.

From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by razib.in