Nederlandse Rode Lijst (planten)

De Nederlandse Rode Lijst (planten) is een officieel vastgetelde lijst met planten die in Nederland als bedreigd te boek staan. Sinds 1950 zijn bijna 500 van de 1536 autochtone wilde plantensoorten in Nederland in aantal achteruitgegaan en zijn er meer dan 40 uitgestorven.

In 2012 is het Basisrapport met voorstel voor de herziene Rode Lijst vaatplanten opgesteld door de stichting Floron in opdracht van het ministerie van Economische Zaken, de Nederlandse Rode Lijst 2012. Op deze nieuwe lijst staan 530 bedreigde soorten, 37% van de in totaal 1432 wilde plantensoorten die in Nederland voorkomen. Ten opzichte van tien jaar geleden komen het akkerzenegroen, de bosboterbloem en het klein slijkgras niet meer in Nederland voor. Het rood bosvogeltje, de brede raai, de wilgalant, het akkerviltkruid, het smal longkruid en de geoorde veldsla zijn weer juist terug. Het opstellen van Rode Lijsten komt voort uit het verdrag van Bern, dat in 1982 door Nederland is geratificeerd. Dit verdrag vraagt bijzondere aandacht voor soorten die met uitsterven worden bedreigd en die kwetsbaar zijn (artikel 1 en 3). In artikel 7 van de Flora- en faunawet is vastgelegd dat de overheid lijsten opstelt van dier- en plantensoorten die van nature in Nederland voorkomen en die bedreigd zijn. Op de Rode Lijst voor planten komen plantensoorten voor die in Nederland met uitsterving bedreigd worden en/of beschermd zijn, zoals Parnassia. Daarnaast komen in Nederland veel zeldzame soorten voor. Diverse van deze planten komen voor in gebieden die beschermd worden op grond van de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn. Het ministerie van LNV heeft op 18 februari 2003 een ontwerplijst gepresenteerd met speciale beschermingszones voor natuurlijke habitats op grond van deze richtlijn. De gebieden gaan uiteindelijk deel uitmaken van een groot Europees netwerk van beschermde natuurgebieden: het "Natura 2000"-netwerk.


From Wikipedia, the free encyclopedia ยท View on Wikipedia

Developed by Tubidy