De Nederlandse kampioenschappen kortebaanschaatsen worden sinds 1924 indien mogelijk jaarlijks op natuurijs verreden. Sinds 1947 staan de NK onder toezicht van de KNSB.[1]
Het nationaal kampioenschap wordt verreden volgens het kortebaanprincipe dus in een rechte lijn over 160 meter voor de mannen en 140 meter voor de vrouwen. Het kampioenschap bestaat uit verschillende rondes, in de eerste ronde rijden alle deelnemers twee keer de afstand, waarna de snelste zestien schaatsers doorgaan naar de tweede ronde. Uit deze tweede ronde gaan er acht door naar de halve finale en vervolgens vier door naar de finale. In die finale rijden alle rijders één keer tegen elkaar, als een rijder al zijn drie tegenstanders verslaat is hij of zij kampioen. Mocht er niemand drie ritoverwinningen hebben, dan worden de tijden en uit de finale opgeteld en is degene met de snelste tijd winnaar. Voor de plaatsen twee tot en met vier tellen altijd alleen de tijden[1].
Tussen 2004 en 2007 waren er in Nederland geen kunstijsbanen waar kortebaanwedstrijden verreden konden worden en was de sport afhankelijk van natuurijs, tussen 2007 en 2020 kon het NK kortebaan bij gebrek aan natuurijs op de kunstijsbaan FlevOnice worden gehouden.