Oude en voorhistorische beukenbossen van de Karpaten en andere regio's van Europa | ||
---|---|---|
Werelderfgoed natuur | ||
Land | Oekraïne Slowakije Duitsland Albanië Oostenrijk België Bulgarije Kroatië Italië Roemenië Slovenië Spanje Zwitserland Noord-Macedonië Polen Tsjechië Frankrijk Bosnië en Herzegovina Servië | |
UNESCO-regio | Europa en Noord-Amerika | |
Criteria | ix | |
Inschrijvingsverloop | ||
UNESCO-volgnr. | 1133 | |
Inschrijving | 2007 (31e sessie) | |
Uitbreiding | 2011 (35e sessie) en 2017 (41e sessie) en 2021 (44e sessie) | |
UNESCO-werelderfgoedlijst |
De UNESCO-werelderfgoedinschrijving Oude en voorhistorische beukenbossen van de Karpaten en andere regio's van Europa vormt een internationaal beschermd gebied met afzonderlijke boscomplexen, waarvan er zes in Oekraïne, vier in Slowakije en (sinds de uitbreiding in 2011) vijf in Duitsland liggen. Sinds de uitbreiding in 2017 behoren ook beukenbossen in Albanië, Oostenrijk, België, Bulgarije, Kroatië, Italië, Polen, Roemenië, Slovenië en Spanje tot dit werelderfgoed. De complexen vormen een opmerkelijk voorbeeld van ongestoorde, gematigde bossen en stellen de meest volledige en uitvoerige ecologische patronen van de beuk (Fagus sylvatica) tentoon bij een verscheidenheid aan milieucondities.[1]
De Oekraïense en Slowaakse complexen staan sinds de 31e sessie van de Commissie voor het Werelderfgoed van 2007 op de werelderfgoedlijst. De kernzones van deze gebieden hebben een gezamenlijke oppervlakte van 292,78 km² en een gezamenlijke bufferzone van 486,927 km². Het gebied stond tot aan de uitbreiding op 25 juni 2011 bekend onder de naam Voorhistorische beukenbossen van de Karpaten.
Tijdens de 35e sessie van de Commissie voor het Werelderfgoed werd geoordeeld dat vijf vrijwel onaangetaste, oude beukenbossen in Duitsland, bij de reeds bestaande complexen gevoegd zouden worden onder dezelfde inschrijving. Vanwege deze uitbreiding werd de naam van de inschrijving veranderd in Voorhistorische beukenbossen van de Karpaten en de oude beukenbossen van Duitsland. De kernzones van deze Duitse gebieden hebben een gezamenlijke oppervlakte van 43,912 km² en een gezamenlijke bufferzone van 137,096 km².[1]. Sinds de uitbreiding op 7 juli 2017 tijdens de 41e sessie van de Commissie voor het Werelderfgoed behoren ook beukenbossen in Albanië, Oostenrijk, België, Bulgarije, Kroatië, Italië, Roemenië, Slovenië en Spanje tot dit werelderfgoed, dat nu de naam Oude en voorhistorische beukenbossen van de Karpaten en andere regio's van Europa draagt (fr: Forêts primaires et anciennes de hêtres des Carpates et d’autres régions d’Europe; en: Ancient and Primeval Beech Forests of the Carpathians and Other Regions of Europe). In juli 2021 werd het werelderfgoed tijdens de 44e sessie van de Commissie voor het Werelderfgoed uitgebreid met deelgebieden in Bosnië-Herzegovina, Tsjechië, Frankrijk, Italië, Noord-Macedonië, Polen, Servië, Slowakije, Zwitserland.