Pekingmens

Pekingmens
Model van de schedel van de pekingmens (museum te Zhoukoudian)
Model van de schedel van de pekingmens (museum te Zhoukoudian)
Datering 750.000 BP
Periode Vroegpaleolithicum
Archeologische informatie
Vindplaats Zhoukoudian
Jaar 1921
Ontdekker Johan Gunnar Andersson
Collectie verloren geraakt
Portaal  Portaalicoon   Archeologie

De pekingmens (Homo erectus pekinensis) is een vorm van de uitgestorven mensensoort Homo erectus, waarvan een groep fossielen gevonden is in de nabijheid van Beijing (vroeger Peking). Deze werden oorspronkelijk, in 1927, door Black benoemd als het aparte geslacht en soort Sinanthropus pekinensis.[1]

In het begin van de twintigste eeuw dachten veel onderzoekers dat de mens in Azië ontstaan was. Men ging gericht op zoek naar fossielen van de "ontbrekende schakel". In 1921 vond Otto Zdansky in een grot bij Zhoukoudian nabij Beijing een fossiele mensentand. Toen nog meer tanden opdoken, werd in 1926 besloten de grot helemaal uit te graven, onder leiding van Davidson Black. Tussen 1927 en 1937 werden resten gevonden van een veertigtal individuen, voornamelijk een dozijn schedels. De botten waren aanwezig in een aantal lagen die wellicht zo oud waren als 780 0000 en zo jong als 230 000 jaar. Verder werden eenvoudige stenen werktuigen aangetroffen. Indertijd vertegenwoordigden de ontdekkingen de meest uitgebreide vondsten van oermensen die bekend waren en ze zijn nog steeds de belangrijkste bekende overblijfselen van Homo erectus. Ze kregen grote aandacht van wetenschap en publiek maar gingen in 1941 verloren bij een poging ze onder de Japanse bezetting van China in veiligheid te brengen.

De pekingmens was iets minder groot dan de gemiddelde moderne mens. De schedelgrootte was een kwart lager. Het schedeldak was lager, maar wel langer en stak uit in een punt. Opvallend was dat de schedel redelijk zwaargebouwd was. Boven de ogen was een brede beenwal en op het dak van de schedel was sprake van een verdikking. Bij de slapen en het achterhoofd was de schedel veel dikker dan bij vroegere en latere mensensoorten het geval was. Ook de ledematen waren dikker uitgevoerd en dat gold ook voor de tanden aan buiten - en binnenkant.

De pekingmens leefde in een koele en droge, open vlakte en voedde zich waarschijnlijk met bessen en hertenvlees. Er werd op jacht gegaan met simpele werktuigen met een enkele snijrand. Vroeger werd gedacht dat de pekingmens met vuur wist om te gaan en ook sprake was van kannibalisme. Dat is echter niet waarschijnlijk om de daarvoor aanwezige sporen ook door roofdieren kunnen zijn achtergelaten. Ook voor het gebruik van vuur blijkt te weinig bekend.

De pekingmens is nauw verwant met de al eerder ontdekte Javamens. Ze worden beschouwd als één soort: de Homo erectus en de Homo erectus pekinensis, voorlopers van de aapmens Australopithecus en de Neanderthalers. De pekingmens wordt nog steeds gezien als de voorouder van de huidige Chinezen. In de jaren tachtig werd de Out of Africa II-hypothese populair, waarin de mens uit Afrika zou afstammen. Onduidelijk is hoe dit zich tot de pekingmens verhoudt.

  1. Black, D. 1927: "On a Lower Molar Hominid Tooth From the Chou Kou Tien Deposit", Paleontologia Sinica, Serie D, Vol 7 Nr I: 1-28

From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by Tubidy