Pieter van Dam (Amersfoort, 8 oktober 1621 - Amsterdam, 17 mei 1706) was de laatste 54 jaar van zijn leven advocaat van de Amsterdamse kamer van de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC). In die hoedanigheid was hij ook jarenlang in dezelfde functie aangesteld bij de Heren XVII, het centrale bestuur van de VOC. Hij is vandaag de dag vooral bekend om zijn beschrijving van de geschiedenis van de VOC vanaf de oprichting tot en met begin 1701.