Couperus was de jongste van elf kinderen. Zijn ouders woonden op de Mauritskade 11 (nu 43), naast de Oranjekazerne. Louis Marie Anne Couperus werd genoemd naar zijn drie zusjes die vóór zijn geboorte gestorven waren. In 1872 vertrok hij met zijn ouders naar Batavia, waar zij woonden op het Landgoed Tjicoppo in Buitenzorg. Hij bracht daar zijn jeugdjaren door. In 1878 keerden zij naar Nederland terug. Ze gingen wonen aan de Nassaukade 4 (later gedempt, en omgedoopt tot Nassauplein). In 1881 begon hij de studie voor de akte M.O. Nederlands, waarvoor hij in 1886 slaagde. In 1884 verhuisden zij naar Surinamestraat 20, waar hij in 1886 Orchideeën schreef.
Extaze. Een boek van geluk is een contemporaine roman van Louis Couperus die voor het eerst in 1892 verscheen, de eerste boekuitgave bij wat zijn vaste uitgever zou worden. In een brief van 22 juli 1890 schreef Couperus aan Frans Netscher dat hij zou beginnen aan een grote roman die de titel Extaze zou gaan krijgen. Het duurde echter nog een hele tijd voordat de roman geschreven was; Couperus beëindigde het schrijven van de roman in oktober 1891 te Hilversum waar hij zich met zijn vrouw na hun huwelijk op 9 september en de huwelijksreis gevestigd hadden. Volgens biograaf Henri van Booven had de roman de schrijver heel wat hoofdbrekens gekost en was opbouw en structuur nogal veranderd tijdens het schrijfproces.
Februari - Reis naar Nederlands-Indië, alwaar hij in juni enige tijd verblijft te Tegal, bij zijn zwager resident Richard Valette en zijn vrouw (zuster van Couperus) Trudy. Na een verhuizing van Valette verblijft het gezelschap te Pasoeroean, waar Couperus begint aan zijn roman De stille kracht
Juli - Verblijf te Bagni di Lucca, waar Couperus Giulio Lodomez ontmoet, die hij later laat figureren in zijn romans. Hij brengt tevens een bezoek aan Ouida in Camaiore
Maart - Couperus gaat in De Steeg in het huis Het Sunneke wonen; dit huis werd betaald met geld dat door Salomon Frederik van Oss ter gelegenheid van de 60ste verjaardag van Couperus was ingezameld
mr. John Ricus Couperus (Jakarta, 24 februari1816 - 's-Gravenhage, 13 oktober1902) was een Nederlands jurist, onder meer lid van de raad van justitie te Padang en Batavia en lid van het Hoog Militair Gerechtshof van Nederlands-Indië. Couperus was een lid van de familie Couperus die veel predikanten en Indische ambtenaren had voortgebracht. Hij was een zoon van Petrus Theodorus Couperus (1787-1823), landdrost der Buitenzorgse en Preangerlanden 1811, landeigenaar op Java, en Catharina Rica Cranssen (1795-1845). Zijn broer was Henry William Leonard Couperus. Zijn moeder hertrouwde als weduwe met generaal Carel Jan Riesz (1791-1856). Hij trouwde in 1847 met jkvr. Catharina Geertruida Reynst (1829-1893). Zij was lid van het geslacht Reijnst. Ze was een dochter van Jan Cornelis Reijnst (1798-1871), waarnemend Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië. Zij waren de ouders van onder anderen schrijver Louis Couperus (1863-1923).