Een reuleaux-driehoek is een driehoekige figuur met gekromde zijden. De zijden zijn drie even grote koorden van een cirkel. De figuur wordt geconstrueerd uit de doorsnijding van drie cirkels, elk met zijn middelpunt op een snijpunt van de andere twee. De snijpunten bevinden zich op een gelijkzijdige driehoek.[1] De figuur behoort tot de reuleaux-polygonen, oneven veelhoeken waarvan de zijden bestaan uit cirkelsegmenten die elk hun middelpunt hebben op een overstaand snijpunt.[2]
De rand van deze driehoek is een curve met constante breedte; het is de eenvoudigste en bekendste curve met deze eigenschap, behalve de cirkel zelf. 'Constante breedte' betekent dat de afstand van elk tweetal parallelle steunlijnen hetzelfde is: de reuleaux-driehoek kan tussen zijn steunlijnen rollen.
Deze driehoek is genoemd naar de 19e-eeuwse Duitse ingenieur Franz Reuleaux (uitspraak: [ʁœlo](IPA)). De vorm komt echter al voor in een Fenicische betegeling uit de negende eeuw. Leonardo da Vinci was ermee bekend, Euler schreef er in 1774 over en in de twintigste eeuw vond de reuleaux-driehoek toepassing in de werktuigbouw.
<ref>
; er is geen tekst opgegeven voor referenties met de naam :0