Sjamaan

Altajse of Chakassische sjamaan beslaat de tamtam.
De Mapuche kennen de machi, 1903.
Een sjamaan uit Boerjatië, 1904
Chuonnasuan (1927-2000), de laatste sjamaan van de Oroqen, foto genomen door Richard Noll in juli 1994 in Mantsjoerije vlak bij de Amoergrens tussen China en Rusland (Siberië). Sjamanisme bij de Oroqen is nu verdwenen.

Een sjamaan, vrouwelijk sjamanka, is een priester en ziener die in zijn of haar gemeenschap de communicatie met de geestenwereld verzekert en magie aanwendt om zieken te genezen, voorspellingen te doen en gebeurtenissen onder controle te brengen. De methode die daarvoor gebruikt wordt is het opwekken van een toestand van trance of andere bewustzijnsverandering. Hoewel er diverse lokale verschillen zijn, treedt men gewoonlijk op als bemiddelaar tussen de geesten van overleden voorouders en leden van de gemeenschap. Een verwant begrip is medicijnman, die een vergelijkbare functie heeft bij de oorspronkelijke (Indiaanse) volkeren van Noord-Amerika.

Het voornaamste verschil tussen sjamanen uit Siberië en medicijnmannen en -vrouwen bij de Amerikaans-Indiaanse volkeren uit Noord-Amerika is dat de eersten direct in contact met de geestenwereld treden door een extatische vorm van uittreding, terwijl de tweede groep (soms) op indirecte wijze de geestenwereld benadert met bepaalde ceremonieën en rituelen.

Ook de Jakoeten hebben een sjamaan.


From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by razib.in