Stengelaaltje | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stengelaaltje op smalle weegbree | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Ditylenchus dipsaci (Kuhn, 1857) Filipjev, 1936 | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
Stengelaaltje op Wikispecies | |||||||||||||
(en) World Register of Marine Species | |||||||||||||
|
Het stengelaaltje (Ditylenchus dipsaci) is een plantpathogene nematode die voornamelijk ui en knoflook infecteert[1], maar ook kan voorkomen op bijvoorbeeld aardappel, suikerbiet, wortel, rogge en de tabaksplant. Symptomen van infectie zijn onder meer groeiachterstand, verkleuring van bollen en opgezwollen stengels. Infectie wordt vaak kroef genoemd en die van rogge reup.
Bijna 450 plantensoorten kunnen aangetast worden door het stengelaaltje. Het stengelaaltje heeft veel pathotypen en wordt gevonden in de meeste gematigde streken van de wereld, waaronder Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Noord- en Zuid-Afrika, Azië en Oceanië, maar wordt meestal niet aangetroffen in de tropische gebieden. [2] Bij infectie door het stengelaaltje kan 60–80% van het gewas verloren gaan.[3] Er bestaan tot 30 pathotypen van D. dipsaci. Ze worden meestal onderscheiden door hun voorkeur voor en bepaalde waardplant. Er zijn heel weinig morfologische verschillen tussen de pathotypen, waardoor de diagnose om welk pathotype het gaat moeilijk is.[4] Zaden van geïnfecteerde planten kunnen worden ontleed en onder een microscoop bekeken voor het bepalen van het juiste pathotype.
De ziekte wordt bestreden door zaadschoning, warmtebehandeling, vruchtwisseling en bodemontsmetting met een nematicide. D. dipsaci is economisch schadelijk omdat besmette gewassen onverkoopbaar zijn.