De verkiezingen waren noodzakelijk geworden door de ontbinding van de Tweede Kamer nadat een voorstel tot Grondwetsherziening in eerste lezing door Tweede Kamer en Eerste Kamer aangenomen was. Een onderdeel van deze grondwetswijziging was de herziening van het Nederlandse staatsbestel vanwege de voorgenomen soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië.