Vaantjesboom | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Davidia involucrata Baill. (1871) | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Vaantjesboom op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
De vaantjesboom of zakdoekenboom (Davidia involucrata) is een loofboom. Veelal wordt deze soort ingedeeld in de familie Nyssaceae. De boom is bekend om zijn bloeiwijze, waarbij de twee grote schutbladen aan zakdoekjes doen denken. In Nederland zijn voor zover bekend slechts enkele volwassen exemplaren. In dit klimaat kan de boom tot 12 m hoog worden. De boom komt van nature voor in Centraal- en West-China en wordt daar tot 20 m hoog.
De Franse lazarist Père David ontdekte de boom in China en beschreef deze in 1869. Het geslacht Davidia is naar hem vernoemd.
De boom is eenhuizig en bloeit in mei. De 7-14 cm grote bladeren zijn toegespitst eirond en hebben een grof gezaagde bladrand. De bladsteel is 3,5-7 cm lang. De bloeiwijze is een ongeveer 2 cm groot hoofdje, dat uit meerdere onopvallende mannelijke bloemen en één vrouwelijke bloem bestaat. De bloeiwijze wordt omgeven door twee schutbladen, die circa 8 en 16 cm groot zijn. Bij het begin van de bloei zijn de schutbladen lichtgroen, waarna ze naar wit verkleuren. De 4 cm lange en 3 cm brede vruchten zijn nootachtig en bevatten drie tot zes zaden. De zaden hebben achttien maanden nodig om te kiemen.
Er zijn twee variëteiten:
Ze hebben een verschillend aantal chromosomen, waardoor ze niet met elkaar gekruist kunnen worden. Ze worden ook wel opgevat als twee soorten. De herkomst is verschillend: