Victoriameer | ||||
---|---|---|---|---|
Situering | ||||
Stroomgebiedslanden | Tanzania, Oeganda, Kenia | |||
Stroomgebied | Zuidelijk Oost-Afrika | |||
Hoogte | 1134 m | |||
Coördinaten | 1° 4′ ZB, 32° 52′ OL | |||
Basisgegevens | ||||
Oppervlakte | 69.484 km² | |||
Kustlengte | 3440 km | |||
Maximale lengte | 337 km | |||
Maximale breedte | 250 km | |||
Gemiddelde diepte | 40 m | |||
Maximale diepte | 81 m | |||
Overig | ||||
Belangrijkste bronnen | Kagera, Katonga, Nzoia | |||
Belangrijkste uitlopen | Witte Nijl | |||
Eiland(en) | 3000 (Ssese-eilanden, Oeganda) | |||
Plaatsen | Bukoba, Mwanza, Musoma (Tanzania); Kisumu, Kendu Bay, Homa Bay (Kenia); Kampala, Entebbe, Jinja (Oeganda) | |||
Foto's | ||||
Reliëf in het Victoriameer
| ||||
Victoriameer en de Grote Slenk
| ||||
|
Het Victoriameer (ook wel Victoria Nyanza) is het grootste meer van Afrika en het op een na grootste zoetwatermeer op aarde. Het bevindt zich in Oost-Afrika tussen de staten Tanzania, Oeganda en Kenia. Met een oppervlakte van 69 484 km² is het bijna zo groot als Nederland en België samen. Het Victoriameer is de bron van de Victorianijl. Ondanks de grote oppervlakte is het meer niet erg diep, maximaal 81 meter. Het grootste eiland is met 560 km² het Ukerewe-eiland (Tanzania); een andere eilandengroep wordt gevormd door de Ssese-eilanden (Oeganda). In het meer ligt een groot aantal kleinere eilanden.
Het Victoriameer is geologisch gezien ongeveer 500.000 jaar oud. Het ligt in een komvormig deel van de hoogvlakte tussen de westelijke en de oostelijke armen van de Grote Slenk.[1]
Het Victoriameer werd in 1858 ontdekt (althans voor de westerse wereld) door de Britse ontdekkingsreiziger John Hanning Speke. Het kreeg deze naam ter ere van koningin Victoria, de toenmalige koningin van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland.
Door het Victoriameer loopt de Nijl die op de grens van Oeganda en Tanzania als Kagera (of Alexandernijl) erin uitmondt en in Oeganda het meer als Victorianijl weer verlaat. Het meer is de op een na belangrijkste bron van water voor de Nijl omdat het meer het regenwater verzamelt van de rivieren die er in uitmonden. Deze rivieren stromen vanuit westelijk Kenia, het noorden van Tanzania, Burundi en Rwanda.