De wet van Henry is een scheikundige wet, vernoemd naar de Engelse wetenschapper William Henry (1775-1836), die betrekking heeft op de evenwichtsituatie van een vloeibaar oplosmiddel dat in contact staat met een gas, zodat gasmoleculen oplossen in het oplosmiddel. Als dit lang genoeg doorgaat, zal er een dynamisch evenwicht worden bereikt, waarbij er per tijdseenheid evenveel gasmoleculen in als uit de oplossing gaan. De concentratie van de opgeloste stof is bij zo'n evenwicht recht evenredig met de concentratie van het gas, die weer evenredig is met de partiële druk van het gas. Dit wordt de wet van Henry genoemd. In formule luidt de wet:
Hierin is de concentratie van de gasmoleculen in de vloeistof, de zogeheten Henry-constante en de partiële druk van het gas.
De Henry-constante geeft dus de verhouding tussen de concentratie in de oplossing en de partiële gasdruk. De eenheid van de Henry-constante kan verschillen, afhankelijk van de eenheid die voor wordt gebruikt. Een mogelijke eenheid is molair opgeloste stof per atmosfeer partiële gasdruk.
Samen met de wet van Raoult wordt de wet van Henry gebruikt bij de beschrijving van niet-ideale oplossingen.