Willem Bartele Wagenaar (Groningen, 17 augustus 1907 – 3 januari 1999) was een Nederlandse schilder, galeriehouder, tekenleraar en surrealist.
Zijn kleine galerie Nord in de Utrechtse Vinkenburgstraat maakte hij tot het magisch centrum van het Nederlands surrealisme vanaf ongeveer 1930.[1].Hier verkocht hij surrealistische tijdschriften Variétés en Sélection maar ook meubilair van Gerrit Rietveld, 78 toerenplaten van Duke Ellington, affiches van Cassandre en filmpjes van Charlie Chaplin. Het werd de ontmoetingsplaats van schilders als Jopie Moesman, Willem van Leusden, Pyke Koch en Louis Wijmans. Zijn werkzaamheden vonden veelal plaats in het verborgene, omringd met een waas van geheimzinnigheid. Hij begon een kunstacademie in Utrecht, die rond 1938 verplaatst werd naar Marokko. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog zijn bijna al zijn schilderijen vernietigd en zat hij zelfs in de gevangenis[2]. Na deze periode werkt hij lang als filmoperateur in de Amsterdamse Alhambra-bioscoop. Begin jaren tachtig gaat Wagenaar samenwonen met de kunstschilderes Jacoba Haas, met wie hij vlak voor zijn dood in 1998 trouwde: "ze verwachten een rouwkaart, maar krijgen een trouwkaart."[3] Haas inspireerde Wagenaar tot het weer oppakken van zijn schilderkunst en samen namen ze deel aan verschillende surrealistische tentoonstellingen.