Zionisme (Hebreeuws: צִיּוֹנוּת, Tsiyyonut) is een nationale beweging en ideologie die een Joods thuisland of Joodse staat ondersteunt in het gebied waar in Bijbelse tijden de Israëlitische koninkrijken Israël en Juda hebben gelegen. De term werd voor het eerst gebruikt in 1890 door Nathan Birnbaum in het tijdschrift Selbstemanzipation. Heimwee naar Zion gaat terug naar de tijd van de Joodse ballingschap in Babylonië die in de Bijbel wordt beschreven. Die naam verwijst naar de berg Zion, die stond voor 'Jeruzalem'. Het zionisme ontstond na de Joodse verstrooiing ten gevolge van de opstand van Sjimon bar Kochba.[1] De twee pijlers van de beweging zijn de Joodse diaspora en het mislukken van de emancipatie van de Joden in de 19de eeuw.
Theodor Herzl, geboren in Boedapest, gaf in 1896 met zijn pamflet 'Der Judenstaat' de stoot tot het georganiseerde zionisme. In 1897 riep hij het eerste Internationale Zionisten Congres te Basel bijeen. Er zouden tot 1902 nog vijf congressen volgen, die resulteerden in de stichting van de 'World Zionist Organization'.[2]